Afkortingen
Om je huiswerk snel op te kunnen schrijven, is het handig als je afkortingen voor veel voorkomende woorden verzint. Op jouw school worden waarschijnlijk al een paar vaste afkortingen gebruikt, zoals ‘En’ of ‘Eng’ voor ‘Engels’. Gebruik zoveel mogelijk deze vaste afkortingen en verzin zelf afkortingen voor woorden als ‘leren’, ‘lezen’, ‘maken’ en ‘werkboek’. Als je bang bent de afkortingen in het begin te vergeten, kun je een lijstje maken en dat in de agenda plakken of in je etui stoppen. Na een paar weken ken je ze zeker uit je hoofd!
Huiswerk plannen
Het plannen van je huiswerk kun je de eerste weken misschien het beste met je ouders of met een begeleider doen, zodat je zeker weet dat je het goed doet. Na een paar weken oefenen kun je je huiswerk zelf binnen enkele minuten plannen. Dan wordt deze agenda pas echt handig!
Voor toetsen (of repetities) is één keer leren niet genoeg. Je brein kent informatie pas echt goed als je de stof een paar keer hebt herhaald. Bovendien moet je voor een toets vaak veel tegelijk leren. Je kunt de leerstof het beste in kleinere porties hakken en elke dag een beetje doen, waarbij je de dagen vlak voor de toets vooral herhaalt. Voor een toets kun je het best 5 à 6 (school)dagen van tevoren beginnen met leren. De dag voor de toets herhaal je alle leerstof.
Schriftelijke overhoringen gaan vaak over minder leerstof dan toetsen of repetities. Ook daarbij is herhalen nodig, maar dat hoeft niet zo vaak als bij een toets. Voor een schriftelijke overhoring kun je het best 2 à 3 (school)dagen van tevoren beginnen met leren. De dag vlak voor de overhoring herhaal je alle leerstof.
Welke week is het?
Knip elke week het hoekje rechtsonder van de pagina af, dan vind je sneller de juiste week.
Geodriehoek
Als je de laatste pagina van deze agenda op de stippellijn vouwt en de zijkant met plakband dichtplakt, kun je je geodriehoek erin bewaren.